Inleiding
De Tweede Wereldoorlog begon op 1 september 1939 met de inval van Duitsland op Polen. Daar Frankrijk en Engeland zich hadden verenigd met Polen, verklaarden zij 3 september de oorlog aan Duitsland; praktisch werd aan Polen geen steun geleverd, na de nederlaag waren Poolse troepen en vluchtelingen welkom. Toen de Sovjet-Unie op 17 september vanuit het oosten Polen aanviel gaf de Poolse regering aan troepen die zich bevonden in het zuidoosten van Polen opdracht om over de grens naar Hongarije en Roemenië te gaan, zodat ze vernietiging ontkwamen en de strijd in een later stadium zouden kunnen voortzetten.1) Een kern van deze troepen bestond uit 1500 man van de 10e Gemotoriseerde Cavalerie Brigade (10 Brygady Kawalerii mot.) onder leiding van kolonel Maczek.2)
Polen september 1939. Colonne Vickers tanks van de 10eCavalerie Brigade.3) Van 1 miljoen Poolse militairen in 1 september ‘39, wisten na 20 september, 30.000 man naar Roemenië te ontkomen, naar Hongarije 40.000, naar Letland en Litouwen 15.000. Maar weinig ontkwamen over zee naar Groot-Brittannië en Zweden. In totaal wisten 43.000 man Frankrijk te bereiken gedurende oktober 1939 en mei 1940.4) In Frankrijk werd een nieuwe strijdmacht van luchtmacht en landmacht georganiseerd met hulp van vrijwilligers en dienstplicht. De Poolse marine werd vrijwel direct ingezet vanuit Groot Brittannië.
In juni 1940 was dit Poolse leger aangegroeid van 1900 tot een grootte van 75.000-80.000 man. Ongeveer de helft kwam van oorspronkelijke Polen, woonachtig in Frankrijk die voor dienstplicht waren opgeroepen.5)
Als Hitler besluit op 10 mei 1940 de aanval op Nederland, België, Luxemburg en Frankrijk te openen, is dit Pools leger maar gedeeltelijk uitgerust en getraind voor de komende strijd. Van deze Poolse strijdmacht zullen 40.000-55.000 man actief deelnemen aan de strijd in Frankrijk.6) In centraal Frankrijk zal de Brigade van Generaal Maczek een korte heftige strijd leveren, zijn mannen en hij moeten nu trachten door de Duitse linies te breken en langs allerlei wegen naar Engeland te geraken.7)
Na de Franse capitulatie wisten 23.711 Poolse militairen van luchtmacht en leger Engeland te bereiken, samen met 3000 burger vluchtelingen en de Poolse regering in ballingschap.8) In de loop van de oorlog zullen veel van in Frankrijk achtergebleven militairen zich toch weer aansluiten bij de Vrije Polen.
In het kader van een Brits-Poolse overeenkomst werden een landmacht, luchtmacht en marine gevormd (Polski Siły Zbrojne na Obczyźnie, Polish Armed Forces in Exile, de Vrije Polen), die op dat moment zeer welkom waren gezien de penibele situatie waarin de Britten zich bevonden.9) De kosten hiervoor werden ondersteund door de uit Polen overgebrachte goudvoorraad.
Zo onderscheidden Poolse vliegers zich in de Battle of Britain. Poolse marineschepen werden al vroeg ingezet bij konvooi bescherming en duikboot bestrijding. Van de 20.000 man uit Frankrijk zullen 14.000 de basis geven aan het in september 1940 opgerichte 1e Poolse Legerkorps, wiens eerste taak bestond uit het bewaken van 200 km. Schotse oostkust.10)
Aanvang
Als onderdeel van dit korps werd in Scotland de Eerste Poolse Pantserdivisie (Pierwcza Polska Dywizja Pancerna / 1st Polish Armoured Division) op 25 februari 1942 opgericht.11) Commandant werd Generaal Stanisław Maczek. Op 21 mei 1945 nam Generaal Klemens Rudnicki het bevel over van generaal Maczek en voerde dit tot de demobilisatie van de divisie op 10 juni 1947.12)
Gen. Stanisław Maczek: 02/1942-05/1945
Gen. Klemens Rudnicki: 05/1945-06/1947
In het begin bestond de divisie vooral op papier.
De kern kwam van kader en manschappen van de 10e Cavalerie brigade. Geleidelijk bouwde Maczek de divisie uit naar een effectieve sterkte van 13.000 man in de zomer van 1944.13) Om in 1944 ‘combat ready’, gevechtsklaar te zijn, vergde veel van de organisatie.
Het materiaal en de kosten werden via leningen geregeld, de divisie werd uitgerust met Brits en Amerikaans materiaal, gekleed in de Britse ‘battle dress’ en droeg Poolse rang- en onderscheidingstekens; met een zwarte epaulet en baret in herinnering aan de Poolse Zwarte Brigade (czarne brygady).
Om aan voldoende mannen te komen was een lastige klus. Veel personeel bleek fysiek ongeschikt voor 1e lijns werk of was aan de grens wat leeftijd betreft. Met passen en meten is uiteindelijk de divisie tot stand gekomen..
De mannen van de divisie kwamen van diverse oorsprong:
- Poolse militairen die gedurende de periode 39-40 ontsnapt waren aan krijgsgevangenschap in Polen en Frankrijk en ook burgers lukte het via allerlei wegen zich later bij de divisie aan te sluiten.
- Zonen van Poolse mijnwerkers in Frankrijk en België: vanaf 1939-1940 sloten die zich vrijwillig aan bij de divisie.
- Later waren er vrijwilligers uit Noord- en Zuid-Amerika die zich aanmeldden bij de divisie.
- Na de inval op 22 juni 1941 van Duitsland in de Sovjet-Unie, kwamen Poolse militairen en burgers vrij uit de gevangenissen en kampen. Zij zouden het 2e Poolse Korps worden en vochten uiteindelijk in Italië. Hiervan kwamen ook enige honderden naar Engeland om de divisie aan te vullen, dit vanaf juli-augustus 1942.
- Een belangrijke groep militairen bestond uit door de geallieerden krijgsgevangen Polen die ongewild vrijwillig of verplicht in Duitse Arbeidsdienst en Duitse Armee waren gekomen. Vanaf de nederlaag van het Deutsches Afrikakorps 13 mei 1943 in Tunesië en de verdere strijd in west Europa (Italië, Normandië, Frankrijk, België, Nederland, Duitsland), kwamen Poolse, vaak goed getrainde soldaten vrij voor dienst in de divisie. In 1945 bestond minstens 30% van de divisie uit deze militairen.14) Om hun familie in het bezette Polen te beschermen, dienden zij vaak onder een schuilnaam. Bij eventuele gevangenneming door de Duitsers zouden ze anders kunnen worden geïdentificeerd als deserteurs met mogelijke executie en represailles voor de familie in Polen tot gevolg. Zij sneuvelden onder deze schuilnaam en werden oorspronkelijk begraven onder dit pseudoniem. Het zou nog vele jaren duren, voordat alle schuilnamen op de grafstenen waren vervangen voor hun echte namen. Helaas is het niet met zekerheid te zeggen dat alle Polen vandaag de dag onder hun eigen naam begraven liggen.
- Eenmaal in Duitsland, nog voor het einde van de gevechten en tot de demobilisatie zouden Polen, zowel mannen als vrouwen uit Duitse krijgsgevangen- en werkkampen zich aansluiten bij de Divisie.
Oosterhout, Pools ereveld op de Leijsenakkers, april 2017, Wadec Salewicz staat naast de oude grafsteen met de verkeerde naam J. Kocur.
Dat was de schuilnaam van Jan Pytlik waarvan de nieuwe grafsteen te zien is op de voorgrond. ©BN/DeStem-Rene Schotanus/Pix4Profs
Normandië
In juli 1944 werd de 1e Poolse Pantserdivisie van Schotland overgeplaatst naar de zuid-Engeland, bij Alderschot.
Aan het eind van de maand, tussen 24 en 28 juli werd de inscheping naar Frankrijk opgezet.15)
Ruim 13.000 militairen samen met 4.431 motorvoertuigen, waaronder 381 tanks werden ingescheept in Liberty-schepen, (w.o. Hannibal-Hamlin en Robert-Henry) en landingsschepen (LST: Landing Ship Tank).16)
Op 29 juli startte het lossen van manschappen en voertuigen in Normandië, via de kunstmatig aangelegde haven bij Arromanches en op het strand van Graye-sur-mer, wat duurde tot 4 augustus.17)
Frankrijk, Normandische kust, augustus 1944. Sherman van de Poolse Pantserdivisie (1e Pantserregiment) wordt aan land gezet vanuit een LST.
© Imperial War Museum B8460
De divisie werd onderdeel van het IIde Canadese Korps onder commando van generaal Simonds, dat viel onder bevel van het 1e Canadese Leger onder generaal Crearer, die ondergeschikt was aan de 21e Britse Legergroep van maarschalk Montgomery, die viel onder bevel van S.H.A.E.F.(Supreme Headquarters Allied Expeditionary Force), het gealliëerd opperbevel onder generaal Eisenhower die verantwoording schuldig had aan de politieke leiders .
Op 8 augustus kwam de divisie voor het eerst in actie tijdens de 2e fase van operatie Totalize. Een grootscheepse aanval evenwijdig aan van de snelweg Caen-Falaise-Argentan.
Onder orders om in een colonne van vier rijen breed op te rukken,over een frontbreedte van 2 km, zonder linker flank dekking, werd dit eerste optreden van de pantserbrigade niet als succes gezien, vrijwel direct was het prijs schieten op de tanks die als in een frontale cavalerie-aanval de vijand tegemoet gingen. Maczek besloot dan ook de aanval te stoppen om verdere slachtoffers te voorkomen. Het doel van de operatie was het bereiken van Falaise, helaas stokte de aanval op 12 km afstand van de stad. Wél werd een bres geslagen in de Duitse verdediging van 16 km (door de Canadezen in een eerdere nacht-aanval), waarvan de divisie er de volgende dag 4 voor haar rekening nam. Na aanvullen, hergroeperen en verkennende acties startte de divisie op 17 augustus nu in een meer oostelijke richting, in een poging de Duitsers in te sluiten.
Frankrijk, Normandië, augustus1944. Colonne Sherman tanks van de divisie, het gereed maken voor de aanval.
©IWM B8823
De serie offensieve- ( Operatie Totalize, Tractable, Slag om de bres van Trun-Chambois) en defensieve (Maszuga) operaties zijn de geschiedenis in gegaan als de Zak (Ketel) van Falaise, waarbij een groot aantal Duitse Wehrmacht en SS eenheden opgesloten kwamen te zitten in een grote omsingeling tussen Britse, Canadese en Poolse in het noorden, oosten en westen, en Amerikaanse en Franse troepen in het zuiden. Met als enige ontsnapping richting het oosten, werd de corridor steeds smaller. Het onophoudelijk beschieten van de geallieerde artillerie en de bombardementen van duikbommenwerpers en jachtvliegtuigen overdag zorgde voor een geweldige verstopping van de wegen, waarna de vluchtende Duitse troepen werden afgesneden, gedemoraliseerd en grotendeels vernietigd, voordat ze Vimoutiers, nét buiten de Kessel, zouden bereiken, op weg naar de Seine.
Terwijl het Amerikaanse 359e Infanterie Regiment van de 90e Infanterie divisie, 5e US Korps vanuit het zuiden aansluiting kreeg in Chambois met het 10e Dragonders Regiment; het Canadese South Alberta Regiment bij St. Lambert sur Dives trachtte de Duitse vlucht te stuitten; de 4e Canadese Pantserdivisie vanuit de as Falaise-Trun naar de Polen onderweg was; had Maczek de kurk al half op de fles. Maczeks hoog gemotiveerde soldaten kregen de cruciale rol om de 'zak' bij de Duitse vluchtroute te dichten; 18 aug. was de opening 20 km breed. Terwijl twee gevechtsgroepen trachtten de bres te sluiten in en bij Chambois,. hadden twee anderen zich op heuvel 262 (Hill 262) opgesteld zodanig, dat zij controle hadden over de uitvalswegen van de Duitse troepen.18)
Rond 19 aug. was de vluchtroute afgesloten, de gevechten zouden tot 22 aug. duren.
Bij de zeer zware gevechten op Mont Ormel weerstond de Poolse divisie de Duitse aanvallen, zowel van binnen de 'zak' als buiten.
Gedurende 48 uur was een groot deel van de divisie omsingeld, met slinkende voorraden munitie en proviand hielden ze stand, totdat ze uiteindelijk werden ontzet door Canadese eenheden.
Tussen 17 en 22 augustus werden door de divisie ruim 5000 Duitse militairen krijgsgevangene gemaakt inclusief een korpscommandant. De Polen leden zware verliezen, 20 tot 30% van de eerstelijns eenheden (totaal 1441 man), maar hadden wél standgehouden.19) Later zijn de Poolse gesneuvelden herbegraven op Pools militaire begraafplaats bij Grainville-Langannerie.
Chambois-Mont Ormel, ‘Polish Battlefield’ 20)
Noord Frankrijk, België en Nederland
Na de geallieerde uitbraak uit Normandië achtervolgde de Poolse 1e Pantserdivisie de Duitsers in noordelijke richting, evenwijdig aan de kust van het Engels Kanaal. Via Abbeville en Saint-Omér naderde de divisie de Belgische grens.
De divisie kwam in de buurt van Poperinge, België binnen en bevrijdde onder andere Ieper, Roeselare, Tielt, Ruiselede, Aalter en Stekene; in Gent werden de posities van de Britse Desert-rats en 15e Highland division overgenomen door onderdelen van de divisie en samen met de Belgische Weerstand werd de rest van de stad in 3 dagen bevrijd.
België, Tielt, 1944. Op het bordes van het gemeentehuis zwaait generaal Maczek naar de bevolking
©Maczek-nl pp298/NAC
De tweede helft van september namen de Polen deel aan de strijd om de Scheldemonding waarbij de divisie de oostelijke helft van Zeeuws Vlaanderen van de Duitsers zuiverde en daarbij Axel, Hulst (in een bloedige strijd) en Terneuzen bevrijdde tussen 21-en 27 september.
Rond 28 sept. verplaatste de divisie zich naar omgeving Merksplas, Baarle-Nassau, met doel richting Breda-Tilburg
In een grote gezamenlijke operatie, de divisie viel nu onder bevel van het 1e Britse Korps, werden de Duitsers terug gedreven over de Maas.
Op 29 oktober 1944 werd Breda bevrijd via een succesvolle flankaanval van generaal Maczek. Hierbij sneuvelden 45 militairen.
Breda, 11 november 1944, Parade in ere van de Poolse Onafhankelijkheidsdag. 21)
Door mild gebruik van artillerievuur, enkel op de buitenwijken en voorzichtig optreden van infanterie werd de binnenstad gespaard voor grote verwoesting; toch verloren nog helaas 50 burgers het leven.22)
Als laatste steden in Brabant zijn Geertruidenberg (5 november) en Moerdijk (9 november) door de divisie bevrijd.
De winter van 1944-'45 betekende een periode van stilstand voor de divisie, er was warmte en rust in o.a. Breda en Oosterhout. De divisie kreeg aanvullingen van manschappen en materiaal. Gedurende deze periode werd een sector aan de zuidoever van de Maas bewaakt, van Tholen via Moerdijk tot aan ’s-Hertogenbosch toe.
Voor de dienstdoende onderdelen een vervelende periode vanwege de kou en de regelmatige schermutselingen met Duitse patrouilles die infiltreerden van uit de noordoever van de Maas. Het verwoede gevecht om Kapelsche Veer dient hier extra vermeld te worden. Een internationale, strijdmacht streed hier uiteindelijk gedurende 1½ maand tegen een Duitse parachutisten eenheid die zich in de dijk had ingegraven.
Aan geallieerde zijde bestond de vrees dat het Duitse bruggenhoofd op de Overdiepse polder bij het Kapelsche Veer door de Duitsers gebruikt zou worden voor een aanval richting Antwerpen en tot steun diende voor het Ardennenoffensief.
De divisie probeerde vergeefs de Duitsers terug te duwen over de Maas, na meerdere aanvallen en ruim 170 man aan verliezen w.o. 45 gesneuvelden namen de Canadezen het over. Pas eind januari 1945 in een bittere strijd werden de Duitse parachutisten teruggedreven naar de noordelijke Maasoever door troepen van de 4e Canadese Pantserdivisie. Door de barre omstandigheden, de blubber en de door artillerie omgeploegde grond zijn de precieze verlies cijfers van beide kanten tot op heden niet duidelijk.23)
Noord Nederland en Duitsland
Op 5 april kreeg de divisie marsorders voor noordoost Nederland en komt weer onder het 2e Canadese legerkorps.24) De divisie rijdt in een lange colonne over de Maas bij Gennep en de Rijnbrug bij Rees naar Overijssel (Coevorden, Neede) Hierna ging het vechtend langs de Nederlands-Duitse grens, door Drenthe en Groningen en aan de oost zijde van de Eems. Maczek besluit de divisie op te splitsen in twee gevechtsgroepen die regelmatig van samenstelling wisselen, afhankelijk van de omstandigheden.
Hierbij werden onder meer Emmen, Gasselte, Veendam, Ter Apel, Stadskanaal en Winschoten door de Polen bevrijd.
In oorsprong ligt het doel van de aanval op Emden, na 18 april 1945 buigt de hele divisie af naar Duits grondgebied in de richting Papenburg, Leer, Westerstede, Wilhelmshaven.25)
Kamp Oberlangen,26)
Een memorabel en vreugdevol moment was 12 april toen, ten oosten van Ter Apel het krijgsgevangenenkamp Stalag VI-C bij Oberlangen werd bevrijd. Daarin zaten 1736 Poolse vrouwen (en 7 baby’s), leden van het Thuis Leger (Armia Krajowa), deelneemsters aan de opstand van Warschau, die in 1944 krijgsgevangen waren gemaakt.27)
Het landschap van Groningen en Oost-Friesland, was zelden geschikt om met tanks een snelle doorgang te forceren. Een laag gelegen gebied met delen onder zeeniveau, met een netwerk van vennen en moerassen, doorsneden met grote rivieren (Eems), zijrivieren (Leda, en Jumme) en kanalen (Küstenkanal), met een netwerk van sluizen en sloten. De wegen lagen uit noodzaak op dijken en het was onmogelijk deze te verlaten daar rupsbanden en wielen zich direct vastzogen in de moerassige bodem, welke dan meestal, onder vuur van de vijand, met veel moeite losgetrokken moesten worden. De wijze van verdediging door de Duitsers was ook anders: men maakte niet langer gebruik van duidelijke verdedigingslijnen met bolwerken. Het gehele terrein werd verdedigd, gebruik makend van de omstandigheden. De tanks die enkel van de wegen gebruik konden maken, konden alleen frontaal aanvallen in het artillerie-en mortiervuur van de vijand. Het was daarna aan de infanterie de vijand te verdrijven.
Het terrein zat vol met goed gecamoufleerde hinderlagen, vol met mijnen, antitank barrières over de weg, die vol kraters waren. Soms zeer grote, diepe kraters, veroorzaakt door vliegtuigbommen als landmijnen te gebruiken.
Dit vertraagde de vooruitgang tot een voortkruipen, dat ook noch onderbroken moest worden door aanvallen op de steden (kruisingen wegen) op de route.
De bereikte resultaten van de divisie in de laatste maand van de oorlog, kunnen dan ook niet genoemd worden zonder de genie die een grootse prestatie leverde: het ruimen van mijnvelden en honderden barricades, het bouwen van dozijnen bruggen en andere oversteekplaatsen, reparatie van wegen, opvullen van kraters en dat alles meestal in het bereik van vijandelijk vuur.28)
Winter 1944-1945, samen op de foto met mannen in winteroverall op een Universal Carrier
van het 1e zelfstandige Eskadron Zware Machinegeweren
Op 3 mei staat de divisie op 20-25 km ten zuiden van Wilhelmshaven, de volgende dag krijgen ze het bevel om op 5 mei om 8 uur ’s morgens de strijd te staken. Duitsland capituleerde!.29)
Om 07:59, na een barrage gedurende de hele nacht, vuurde de Poolse artillerie het laatste schot af op de stellingen rond Wilhelmshaven.30)
Hier eindigde de opmars van de divisie.
Op 4 mei 1945 aanvaardde veldmaarschalk Bernard Montgomery de onvoorwaardelijke overgave van de Duitse troepen in Nederland, Noordwest-Duitsland en Denemarken.
Om zeker te zijn van de persoonlijke overgave, met gedetailleerde condities, van de in Nederland aanwezige troepen, beval gen. Foulkes hetzelfde te doen aan gen. Blaskowitz.
Op 6 mei, in Hotel de Wereld in Wageningen; ondertekende gen. Blaskowitz de commandant van het 25e Duitse Leger, de onvoorwaardelijke overgave van de in Nederland aanwezige Duitse troepen aan gen. Foulkes, commandant Ie Canadese Korps, onder aanwezigheid van Z.K.H. Prins Bernhard, commandant der Nederlandse landstrijdkrachten.
Op 6 mei 1945 capituleerde de Kriegsmarinebasis Wilhelmshaven. Kolonel Grudziński, commandant gevechtsgroep 10e Brigade, nam namens generaal Maczek de vesting, de basis, een deel van de vloot en duizenden manschappen in bezit.
Route van de 1e Poolse Pantserdivisie 1944-1945 31)
Bezetting Duitsland
Na de ondertekening werd Duitsland verdeeld onder de Verenigde Staten, Groot Brittannië, Sovjet-Unie en Frankrijk.
Het British Liberation Army werd het BOAR: British Occupation Army of the Rhine (800.000 man).
Het BOAR kreeg een gebied toegewezen vanaf westgrens Duitsland tot de Elbe met het Ruhrgebied als zuid grens.
De 1e Poolse Pantserdivisie vallend onder de 21st Army Group, kregen het beheer over de provincies Bentheim, Cloppenburg, Emsland en Osnabrück, met de steden Meppen, Oldenburg, Papenburg, Leer. De divisie kreeg versterking van de tot ruim 4000 man aangegroeide Poolse 1e Onafhankelijke Parachutistenbrigade die op 9 mei per boot aankwamen in Oostende en zich zullen gaan vestigen bij Kleve.32)
De divisie was in het voorjaar van 1945 aangevuld tot zijn volle sterkte van 16.000 man met, Poolse burgers uit Frankrijk, voormalig POW’s-Wehrmacht- en Organisation Todt militairen.33)
Duitsland, voorjaar 1945, poseren voor een kazerne
Als bezettingssmacht was men verantwoordelijk voor, het bestuur, denazificeren, onderbrengen in woningen en voedsel voor de oorspronkelijke bewoners en de duizenden ontheemden uit de Ostgebieten; (7 miljoen in US en GB beheerde gebied) voormalig verplicht te werk gestelde - en voormalig gevangenen: DP (Displaced Persons) uit allerlei landen, (2 miljoen alleen al in Brits gebied) en ook gevangen genomen en zich overgegeven militairen POW (Prisoner of War/PWX)
Om de enorme toevloed van 65.000 Poolse POW en 170.000 Poolse DP te administreren, tijdelijk huisvesten, her-huisvestigen in Polen of elders ,werden deze ondergebracht in 4 militaire centra en 20 civiele kampen.34)
De stad Haren werd ontruimd en gereed gemaakt voor inwoning van 4000 DP en militairen. Haren werd omgedoopt in Maczków en werd een Poolse enclave binnen de bezettingszone gedurende 3 jaar tot september1948, waarna de stad weer aan de Duitsers werd teruggegeven.35)
Tot 1 mei 1947 voerde de 1e Pantserdivisie de bezettingstaken uit in Noord Duitsland waarna de divisie werd ontbonden.
Terug keren naar Polen of niet
In het westen verbleven in december 1945 249.000 Poolse militairen onder Brits commando (Groot Brittannië, Duitsland ,Italië);
de oorlog was voorbij en men moest een nieuwe toekomst.36)
Naar Polen als militaire eenheid was uitgesloten. Tijdens de herfst van 1946 begon de divisie met demobilisatie van zijn leden.
In de conferentie van Yalta, gehouden tussen 4-11 februari 1945, waren de nieuwe Poolse landsgrenzen opgelegd door Stalin en akkoord bevonden door Rooseveld en Churchill. Intussen was de politieke situatie voor de troepen veranderd.
Met de erkenning, om de Sovjet-Unie mild te stemmen, van de Poolse Volksrepubliek als vertegenwoordiging van de staat Polen door het westen, viel de macht weg voor de oorspronkelijke Poolse regering in ballingschap in London.
Om voor hen die dat verlangden een soepele overgang naar een burgerbestaan te verkrijgen werd in Groot-Brittannië het Polish Resettlement Corps (Polski Korpus Przysposobienia i Rozmieszczenia) opgericht, dit zorgde voor een tijdelijke overgang met huisvesting, salaris en tegelijk met een beroepsopleiding en taalcursus; 114.037 militairen zullen gebruik maken van de regeling die in 1949 stopte.37) Tezamen werden tussen 1945 en 1949: 240.154 Poolse militairen gedemobiliseerd in het Verenigd Koningkrijk.38)
Berichten uit Polen waren niet gunstig. Vooral de politieke uitspraken van het door de Sovjets geïnstalleerde Pools bestuur waren vijandig gezind en tegenstrijdig aan de ‘Vrije Polen’, het Poolse leger buiten Polen. Het regiem in Warschau wenste dat alle Polen zouden terugkeren maar had ze liever niet allemaal in eens. Er waren naar schatting 2.500.000 Polen (militairen, POW, DP) buiten de landsgrenzen geraakt door de oorlog.39)
Als militair uit het westen had men een lastige keus: teruggaan naar een verwoest Polen met de mogelijke terreur van de stalinistische communisten óf in het westen blijven en in een vreemd land, zónder Poolse familie, een nieuw bestaan opbouwen.
Men wist van de deportaties van na september 1939 en de Katyn moorden door de Sovjets; Strijders van het Thuisleger waren geïnterneerd en/of geëxecuteerd direct na de ‘bevrijding’ door het Rode Leger in 1944, de aarzelende verovering van Warschau. Vroeg teruggekeerde militairen waren van de aardbodem verdwenen, berichten over de schrijnende leefomstandigheden in Polen raakten bekend door brieven van familie, uit Polen terugkerende mannen en berichten in de pers. Zij die afkomstig waren uit Kresy (w.o. Generaal Maczek) hadden geen vaderland meer: dit was nu de Sovjetunie. Zij die gediend hadden in Duitse dienst (98.000) durfden vaak niet, zij hadden eerst gediend voor de vijand; verplicht of vrijwillig was niet van belang men kon worden gearresteerd en gevangen gezet wegens 'staatvijandelijk anticommunisme', een aantal officieren is zelfs ter dood veroordeeld; anderen werden nog jaren gevolgd door de geheime dienst; gevangen gezet en weer vrijgelaten, het kon echter ook dat er helemaal niets ernstigs gebeurde; een volkomen willekeurig terreurbeleid door de Pools communistische regering..
Erkenning en rehabilitering uit Polen zal pas ná de val van het communisme in 1989 plaatsvinden met de oprichting van de 3e Poolse Republiek.
De Poolse veteranen van de 1e Pantserdivisie, 1e Parachutistenbrigade, 1e Korps, 2e Korps, Luchtmacht, Marine en overige eenheden verspreidden zich uiteindelijk over de hele wereld.
Zo vestigden ze zich met name in Groot-Brittannië (London en Edinburg) , Canada en de Verenigde Staten van Amerika (Chicago), Australië, maar ook in Zuid-Amerika (Argentinië), Frankrijk, België (Gent) en Nederland (Breda).
Toch zullen 114.000, iets onder de helft van het oorspronkelijke Poolse leger in ballingschap (249.000), terugkeren naar Polen, naar hun gezin en familie.40)
Naar Nederland gaan tussen 1946 en 1947 ongeveer 3000 voormalig militairen; ruim de helft van hen emigreren later naar o.a. Engeland, Amerika en Australië. In Breda en omgeving vestigen zich uiteindelijk 250-300 Poolse veteranen definitief.41)
Tradities
Het motto van de divisie is: Za waszą i naszą wolność : Voor Uw en Onze Vrijheid::
Dit is afgeleid van de wapenspreuk uit de opstand van 1831 tegen het tsaristische Rusland: W imię Boga za naszą i waszą wolność. ( In de naam van God, voor onze en uw vrijheid)
In het huidige Polen heeft de Poolse 11e Pantserdivisie de tradities overgenomen van Maczeks 1e Pantser divisie.
De 11e divisie, is uitgerust met ex-Bundeswehr Leopard-2 tanks en is één van de Poolse eenheden die voor NAVO-operaties kan worden ingezet.
Al snel verenigden de veteranen zich in afdelingen van de Światowy Związek Kół Oddziałowych Dywizjii (1.Polish Armoured Division Association) waar de onderlinge contacten werden onderhouden. Als steeds minder leden in leven zijn worden de tradities geleidelijk overgenomen door hun kinderen.42)
Embleem
Het embleem van de divisie, ontworpen door ritm. Stanisław Glaser, is afgeleid van de staalhelm (szyszak) en rugveren (skrzydło husarski), samengevoegd met een rond klein schild (kałkan/bukler) van de Poolse Huzaren, de stoottroepen van de 16 en 17e eeuw: Een helm en veren in zwart met een oranje, zwart omrand rond schild, de kleuren van de Poolse Pantser troepen, op een wit veld.43)
Poolse Huzaar getekend door Het ontwerp van Voertuig Embleem gedragen op uniform
M. Walentinowicz S. Glaser
Draagspeld Veteranen Gouden Baar Embleem op blazer Draagspeld 11e Pantserdivisie
van Veteranenteneu
Verwijzingen:
1 - https://military-history.fandom.com/wiki/Invasion_of_Poland
2- https://pl.wikipedia.org/wiki/10_Brygada_Kawalerii
3 - pp. 32, Maczek, Stanisław
4 - pp 121-123, Szczurowski,Maciej
5 - pp 23-24, Wroński, Bohdan / pp 51 Huiskamp
6 - https//fr.wikipedia.org/wiki/Participation de l’ Armée polonaise
dans la bataille de France
7 - pp. 10.2/12.7, Lapers, Giles(a)
8 - pp 35, Oswiat Polskiej Wojskowej Misji Likwidacyjnj we Francji /
pp 67, Ziarski-Kerberg, Tomasz
9 - https://en.wikipedia.org/wiki/Polish_Armed_Forces_in_the_West
10 - https://www.wikiwand.com/pl/I_Korpus_Polski_(PSZ)
11 - pp 61, Grudziński, Antoni
12 - pp. 75, Grudziński, Antoni
13 - pp147, Maczek Stanisław
14 - pp.8,9/137, Ostrowski, Mark
15 - pp. 148-149, Wiacek, Jacques
16 - pp..147, Maczek,Stanisław
17 - pp. 154, Wiacek, Jacques
18 - pp. 76, Skibinski,Franciszek(b)
19 - pp. 210-219, Maczek,Stanisław(nl)
20 - pp10, O.J -K.C. /Mieczkowski
21 - pp. 119, Peeters, Thom
22 - pp. 103-108, Alphen van, Jos
23 - pp278, Jamar, K. / pp. 45, Roitero, D.
24 - pp 131, Tym,Juliusz(b)
25 - pp. 143, Tym,Juliusz(b)
26 - https://pod100.pl/huntinghistory/za-drutami-obe/
27 - pp. 136, Tym,Juliusz(b) / pp. 240, Koszutski,Stanisław
28 - pp 277, Maczek,Stanisław(nl)
29 - pp. 280, Maczek,Stanisław(nl)
30 - pp. 319, Jamar, K. (E)
31 - pp. 360, Skibinski,Franciszek(aangepast)
32 - pp 297, Cholewczynski, G.F. / pp 151, Huiskamp
33 - pp 69, Ziarski-Kernberg, Tomasz / pp 192, McGilvray,Evan
34 - pp 109, Ostrowski, Mark.
35 - pp 5(10), Lapers,Giles(b)
36 - pp 8, Ostrowski, Mark / pp 68, Ziarski-Kernberg, Tomasz
37 - pp 176, Ostrowski, Mark
38.-. pp 78, Ziarski-Kernberg, Tomasz
39 - pp 156, Ostrowski, Mark
40 - pp. 78, Ziarski-Kernberg, Tomasz
41 - pp 378, Potomski , Piotr / pp128, Peeters,Tom /
pp194, Klinkert, Wim
42 - voor de Pools- Nederlandse verenigingen:
https://polonia-breda.nl/nl/weetjes/
geschiedenis-van-polen-in-breda/1944-maczek-soldaten
43 - pp, 12-13 Jamar, K
Bronnen:
Alphen, van, Jos, Breda Bevrijd, October1944, Brabantia Nostra, Breda, 1994
Bogdanowicz, Franio, 1e Poolse Pantserdivisie vanaf Moerdijk tot de verovering van Wilhelmshaven en de bezetting van Duitsland,
In het Spoor van de Divisie,: nr. 7-8,uitg. Vereniging 1e Poolse Pantserdivisie Nederland, Breda, 2005-2006
Cholewczynski,G.F., Poles Apart, The Polish Airborne at the Battle of Arnhem, Sarpedon Publ. Inc., New Yrk, 1993
Florintin, Eddy, The battle of the Falaise Gap, Elek Books Ltd., London,1965
Grudziński, Antoni, 1. Dywizja Pancerna, Zarys Historyi i Wojennej, in nr. 34 Przeglądu Kawalerii i Broni Pancernej, London,1964
Huiskamp, Florian, Zonder Vrees en Zonder Verwijt, uitg. eigen beheer, druk: NLDA Repro, Breda 2015
Jamar, K., ( Jan Markowski) Śladami Gąsienic Pierwszej Dywiszej Pancernej, Wyd. Smit &.zn., Hengelo,1946
Jamar, K., (Jan Markowski) With the Tanks of the 1st Polish Armoured Division, Smit &.zn., Hengelo,1946
Klinkert, Wim, Sporen van een oorlog: in “De Oranjeboom”, deel XLVII, jaargang 1994
Koszutski, Stanisław, Wspomnieniaz Różnych Pobojowisk, Wyd. Przeglądu Kawalerii Broni Pancernej Nr. 3. Londyn,1972
Lodieu, Didier, La Massue, Les Soldats Polonais dans la Bataille de Normandie, Caudebec-lès-Elbeuf,2004
Lapers, Giles(a),Exemplere de lecture, eigen uitgave, Brussel 2000
Lapers, Giles(b), Maczków, In het Spoor van de Divisie,: nr. 10,uitg. Vereniging 1e Poolse Pantserdivisie Nederland, Breda, 2007
Maczek, Stanisław, Odpodwody do czołga, Tomar Publishers, Edinburgh, 1961
Maczek, Stanisław (f), Avec mes Blindés, Presse de la Cité, Paris, 1967
Maczek,Stanisław (nl), Van Paardenwagen tot Tank Van Ierland Uitgeverij, Breda ,2009
Maczek, Stanisław, De bevrijding van Breda oktober 1944, in “De Oranjeboom”, Deel XII, Jaargang 1959
Mcgilvray, Evan, Man of Steel and Honour, Gen. Stanisław Maczek, Helion & Company Ltd. Solihull., 2012
Mieczkowski, Zbigniew,(pl-en) Ed., The Soldiers of General Maczek in World War II,
Fundation for the Commemoration of General Maczek First Polish Armoured Division, Warsaw-London,2004
O.J -K.C. 1st Polish Armoured Division (1 VIII 1944 – 11 XI 1944) France-Belgium-Holland, Druk. Louis Vermijs N.V. Breda-Oosterhout
Ostrowski, Mark, To Return to Poland or Not to Return, www.angelfire.com/ok2/polisharmy, thesis, 1996
Oswiat. Polskiej Wojskowej Misji Likwidacyjnj we Francji,Wojskowy i Konspiracyjny Wysilek Polski we Francji 1939-1945, Wyd. Wydzialu Kult 1946
Peeters, Thom, Eerste Poolse Pantserdivisie in Nederland, Uitg. Brabantia Nostra, Breda, 1978.
Potomski, Piotr, Generał Broni Stanisław Władisław Maczek(1892-1994), Wydawnictwa Uniwerytetu, Warszawskiego, Warszawa, 2008
Praca Zbiorowa, 1. Dywizja Pancerna w Walce Brussel, (1947) herdruk Skoczów 2002
Roitero,. D.L.,Fall Braun, De strijd om Kapelsche Veer 1944-1945, Uitg. Gianotten, Tilburg, 1991
Skibiński, Franciscek,(a) Pierwsza Pancerna, Wyd. Minst. Obray. Narodowy, Warszawa, 1968
Skibiński, Franciscek,(b)Falaise, Książka i Wiedza, Warszawa, 1971
Szczurowski, Maciej, Geneza formowania ArmiiPolskiej w Francji 1939-1940; in Piotrkowskie Zeszyty Historyczne 4, pp115-143
Szudek, P.A., The First Polish Armoured Dvision in the Second World War, in Stachura Peter ed. , Themes of Modern Polish History, The Polish Social and Educational Society, Glasgow 1992.
Tym, Juliusz S.,(a)1.Dywizja Pancerna Organizacja i wyszkolonie ‘, ZP Grupa Sp.z.oo..,Warszawa,2009
Tym, Juliusz S.,(b).Zarys działań polskiej 1 Dywizji Pancernej w północno-wschodniej Holandii i we Fryzji w kwietniu i maju
1945 roku Przegląd Historyczno-Wojskowy , Warszawa, 12 (63)/3 (236), pp.129-166 2011
Wiacek, Jacques, Histoire de la 1re Division Blindee Polonaise 1939-1945, Ysec Éditions, Louvers, 2019
Wroński, Bohdan, Poza Krajem-za Ojczyznę, Żolnierz Polski na Frontach Zachodnich II Wojny Światowej 1939-1945,
Nasza Rodzina numero special 1975, Osny 1974
Wysocki, T.A., 1. Polska Dywizja Pancerna, Polska Funacja Kulturalna, Londyn, 1989
Ziarski-Kernberg, Tomasz, The Polish Community in Scotland since 1945, in, Stachura Peter ed. , Themes of Modern Polish History,
The Polish Social and Educational Society, Glasgow 1992